Tussen Storm en Beschutting

Over loskomen van de nacht. Over handen aan het roer. Over zeilen en motoren, en het geduld van de zee. Over een reis door de Griekse geschiedenis. Over storm die dreigt, het vinden van beschutting, en het stille vertrouwen dat men leert van water.

Een Ochtend op Sfairia

We worden relatief laat wakker. Het gemoed wil de ochtend maar moeilijk loslaten. Rita heeft slecht geslapen. Ontbijt bij Serenita brengt troost, naar goede gewoonte.

Poros bestaat uit twee delen. Het zuidelijke deel, Sfairia, is vulkanisch van oorsprong. De stad bevindt zich op dit deel. De haven situeert zich tussen dit deel en de Peloponnesos, met de stad Galats aan de overkant. Het noordelijke deel, Kalavria, is veel groter, groen en heuvelachtig, met dennenbossen en verschillende stranden. De twee eilanden zijn met elkaar verbonden door een smalle brug over een nauwe zeestraat.

Ann en Wouter spreken vol lof over de mooie vergezichten die je te zien krijgt als je door het groen op Sfairia wandelt, boven de stad, zoals verteld in Het Prachtige Poros. Bij de wandeling gisteren kwamen we echter niet hoger dan de stad zelf. Rita en de professor proberen daarom nogmaals de toegang tot de hogere wandeling te ontdekken.

Ann en Wouter spenderen de tijd op de boot, en slagen er ook in alsnog venkel te bemachtigen in één van de kleine superettes.

Omstreeks 12u zijn we allen terug samen en varen we af, richting Ermioni. Een gelegenheid voor onze nieuwe crew om het roer in de hand te nemen.

Een Vleugje Wind

We varen zuidwaarts richting de golf van Hydra, en hijsen als snel de zeilen, want er staat 14 kt wind uit het oosten.

Aan de oostelijke horizon bewaakt de sfinx nog steeds de toegang tot de Saronische golf.

Hard Labeur

Ter hoogte van Skyli varen we tussen de eilanden door de baai van Hydra in. We zetten de motor bij, omdat de wind tussen de eilanden erg wisselvallig is.

In de baai van Hydra valt de wind echter grotendeels weg. Wat rest geeft een bootsnelheid beneden de 2 kt. Te weinig om tijdig in Ermioni aan te komen. Op motor dus, in rechte lijn naar Ermioni, nog een tweetal uren varen.

We gebruiken de relatieve rust om een lichte maaltijd te serveren en bewonderen al het moois dat onze weg kruist.

Daarna wordt het hard werken voor onze nieuwe crew ...

Het schip beweegt, ook als de mensen stilvallen.

Thuiskomen in Ermioni

Wanneer we Ermioni naderen is iedereen terug paraat.

Het aanlegmanoeuver verloopt vlekkeloos. De crew heeft zich de instructies aangaande snel toegeëigend.

Met een sportief ingestelde crew komt het zwemmen op de eerste plaats. Aan het einde van de kademuur van Ermioni zijn enkele laddertjes beschikbaar om in en uit het water te komen.

Sommigen zijn meer geïnteresseerd in wat zich onder water bevindt dan erboven. En er beweegt ook wat, onder water.

We wandelen terug naar de boot, Wouter zonder schoenen. Ontvreemd door een snodaard, professor nog wel.

Echo’s van Troje

Iedereen terug fris en monter, en we maken een wandeling door het Bisti-Bos, een cederbos op het schiereiland Bisti ten oosten van Ermioni, ook een beschermd natuurgebied. Lore en Mats deden het ons al eens voor, waarvan verslag in Specerijen en Cederhout.

Op de landtong geurt het naar hars en zout. Onder de wortels van de bomen liggen stenen, stil geworden, maar niet vergeten. Hier stond ooit de akropolis van Hermione, de hoge stad, waar mensen tempels bouwden voor Demeter Chthonia en wachtten op regen en vruchtbaarheid.

De naam Ermione is een directe voortzetting van Hermione, volgens sommigen genoemd naar de dochter van Menelaos en Helena uit de Trojaanse oorlog. Dat sluit perfect aan bij deze plaats: stil, mooi, maar vol echo’s van grote verhalen.

Pausanias, Grieks reiziger, schrijver en geograaf uit de 2de eeuw, beschreef Hermione als een plaats van oude culten, vooral gewijd aan Demeter Chthonia, de godin van het onderaardse graanleven. Haar tempel stond vlakbij waar nu het cederbos van Bisti begint.

We lopen over paden van naalden, langs muurresten en lage terrassen die ooit de contouren vormden van huizen en heiligdommen. De zee ligt aan drie kanten, en als de wind even stilvalt, hoor je alleen het zachte tikken van dennenappels die vallen. Het is alsof de tijd hier zijn adem inhoudt, alsof het eiland zelf zich herinnert dat het ooit een stad was, een naam in de mond van Pausanias, een echo van Helena’s dochter.

Aan de rand, waar de ceders dunner worden, kijk je uit over het water naar de Argolische bergen. Daar, in dat lichte blauw, ligt nog altijd de wereld van toen. De mensen zijn verdwenen, de rotsen dragen de herinneringen.

Ecologisch Bewust

Rita is die avond ons ecologisch geweten. We hebben nog een flinke overschot aan zalm, en bier en wijn aan boord en gebruiken daarom het aperitief op de boot.

Pas daarna trekken we in de richting van het ons welbekende restaurant Spirandreas, waar we een eerder bescheiden avondmaal nuttigen aan het water. Het kraaiende Griekse meisje is er niet meer.

Schrappen Wat Niet Past

De donderdag kondigt onheil aan. De wind-apps geven veel wind, teveel om uit te varen. De kans op regen is groot.

We beslissen in overleg het programma aan te passen aan de weersomstandigheden. Een overnachting op anker in de baai van Porto Cheli wordt geschrapt. We blijven in Ermioni, en plannen vrijdag een poging aan te meren in Hydra, met Poros als alternatief. Zaterdag dient zich dan de laatste oversteek van de Saronische golf aan.

De wind is inderdaad al vroeg van de partij en duwt de boot schuin tegen een aanliggende boot.

Het blijft echter droog, en we wagen ons aan een wandeling in de haven, aan de andere kant van de landtong.

Op het plein achter de haven wordt de plaatselijke markt stilaan opgedoekt.

Naarmate de namiddag vordert, komt ook het ontij. Donkere wolken trekken samen boven de bergen achter de haven. De sfeer wordt onheilspellend en dreigend.

We begeven ons terug naar de boot in afwachting van beter weer.

C'est Oui ou Bien c'est Non

Tevergeefs. De wind wakkert aan, nog steeds zijdelings, waardoor de boot ongemakkelijk schuin komt te liggen. De luiken gaan dicht. Fenders worden verplaatst. De golven, voorheen nauwlijks merkbaar, slaan nu regelmatig over de kademuur.

We overleggen met de buren, een sympathiek gezelschap, dat met lede ogen aanschouwt hoe Minke Balaena zich tegen hun Janneau Sun Odyssey 479 aanschurkt. Zij wensen uit te varen, maar we verwachten dat ze ons anker zullen meenemen. Ok. Dan blijven ze net als wij tot de volgende dag, om in rustiger omstandigheden te vertrekken.

Ondertussen verlaat de ene na de andere boot de kade. Waar in de namiddag de kademuur grotendeels benomen was, ligt er nu nog een handvol boten. Het duurt niet lang of we zijn nog met z’n tweeën, een Solaris en een Sun Odyssey.

Een Nederlandse dame komt ons vertellen dat het aan de andere kant van de landtong veel rustiger is. Een aantal boten die al vertrokken, legden zich voor anker voor de haven. Zo ook zij. En dat we dat beter ook zouden doen.

Goede raad sla je niet zomaar in de wind. Zeker niet als er veel wind staat. Weerom overleg met de buren, en we beslissen allebei uit te varen. Eerst de Sun Odyssey, want die ligt aan leizijde.

We houden Minke Balaena recht op motor, trekkend op beide meertouwen achteraan. Onze buur vertrekt zonder noemenswaardige problemen. Wouter krijgt de motor echter niet in de hoge toeren. Dat voorspelt niet veel goeds.

Wij verlaten op onze beurt de kade. Het anker ophalen verloopt omslachtig. In gure omstandigheden moeten we na enkele meters telkens de ankerwinch ontzetten en manueel de ketting in de ankerkamer gooien. We hebben echter plaats, en het manoeuver is gekend. Het duurt dus niet lang of we laten de dappere kitesurfer, die al de ganse namiddag de show steelt, alleen achter in de baai.

Waar de Wind Zwijgt

De motor doet zijn werk. Gelukkig maar. We varen naar de haven, aan de andere kant van de landtong, met zicht op het Bisti-Bos. Daar aangekomen zijn we in een andere wereld. Het water is relatief vlak. Een handvol boten ligt voor anker langs de oevers van het Bisti-Bos. Er is nog ruim plaats, en we leggen ons tussen de andere boten.

Zo komt het dat de tweede warme maaltijd die voorzien werd voor op de boot ook effectief bereid wordt. Venkelrisotto met pancetta, inderdaad. Tot ieders genoegen, mogen we stellen. Een succesformule moet je niet wijzigen.

De nacht valt. Het ankerlicht gaat aan. De wind trekt in de loop van de nacht verder aan. Diegene die ‘s nachts wakker worden, voelen zich genoodzaakt tot een inspectie aan dek. Wouter althans. De bimini wordt met een touw opgespannen aan de winches, om het lawaai in de gastcabines te verminderen. Een goede schipper zorgt voor zijn crew.

Reacties

Populaire posts van deze blog

De Cirkel van Delos

Minke Balaena

Lady Sail in de Saronische Golf